Sciensano draagt bij tot de epidemiologische surveillance van Giardia in België. Hiervoor wordt samengewerkt met de laboratoria en de regionale autoriteiten.
Giardiasis
Giardiasis
Giardiasis is een maagdarminfectie veroorzaakt door de parasiet Giardia (lamblia). Transmissie gebeurt meestal van mens op mens of via contact met besmet water.
Wat is Giardiose?
Giardia lablia is een darmparasiet met een zweepdraad. Giardiasis is een parasitaire infectie van de darmen die voorkomt bij de mens en bij heel wat verschillende (huis)dieren. De meeste van de Giardia-soorten die bij deze dieren voorkomen zijn niet besmettelijk voor mensen.
Symptomen
Giardiasis komt voor op alle leeftijden. Bij gezonde personen veroorzaakt de infectie geen symptomen of een maagdarminfectie (gastro-enteritis). Symptomen ontstaan 1 tot 3 weken na besmetting:
- diarree
- buikkrampen
- misselijkheid
- gasvorming en stinkende ontlasting.
De klachten verdwijnen spontaan bij gezonde personen.
Giardiasis kan chronische diarree, buikkrampen, een opgezwollen gevoel, vermagering en vermoeidheid veroorzaken. Mensen met een zwakker immuunsysteem kunnen een ernstigere ziekte vertonen die ook langer aanhoudt.
Transmissie
De ziekte komt voor over de hele wereld, maar is bijzonder frequent in streken waar de hygiëne te wensen overlaat aangezien de parasiet wordt uitgescheiden via de ontlasting. De besmetting gebeurt van mens op mens of indirect via de voeding of water of direct.
Preventie
De infectie wordt voornamelijk overgedragen van mens op mens of via besmet water.
Om transmissie te voorkomen, moeten de hygiënische voorschriften strikt worden gevolgd.
- Was en reinig de handen:
- na toiletbezoek om verspreiding te voorkomen
- bij het verschonen van luiers
- vóór het koken.
- Maak het toilet, kranen en deurklinken regelmatig schoon.
- Maak gebruik van proper water en propere sanitaire voorzieningen. Indien dit niet aanwezig is, zoals bijvoorbeeld het geval kan zijn wanneer je op vakantie bent, drink dan alleen water waarvan je weet dat het eerst gekookt/gedesinfecteerd werd.
Diagnose
De diagnose wordt gesteld door het aantonen van de parasiet in de stoelgang of via een darmbiopsie. Het kan nodig zijn om dit onderzoek na enkele weken nog eens te herhalen indien er op basis van het eerste stoelgangsstaal geen diagnose kon gesteld worden.
Risicogroepen
Patiënten met een verminderde afweer lopen een hoger risico op een ernstiger verloop van de ziekte.
Behandeling
Gezonde personen zonder klachten hoeven bij voorkeur geen behandeling. Indien nodig kunnen personen behandeld worden met metronidazol, een antiparasitair middel.