1. Achtergrondinformatie
De ontwikkeling en het definiëren van deze kwaliteitsindicatoren is een initiatief van het federaal platform voor ziekenhuishygiëne (ZHH), onderdeel van de Belgian Antibiotic Policy Coordination Committee (BAPCOC). Het Koninklijk Besluit (KB) van 27 januari 2015 verplicht Belgische ziekenhuizen om aan deze gegevensverzameling deel te nemen en om aan de hand van deze kwaliteitsindicatoren de kwaliteit van hun ziekenhuishygiënebeleid op te volgen.
Het algemeen doel van dit ZHH kwaliteitsindicatoren project is het definiëren, prioriteren en implementeren van strategieën en interventies ter preventie van ziekenhuisinfecties teneinde de zorgkwaliteit in ziekenhuizen te verbeteren. Om dit algemeen doel te bereiken, zijn er drie specifieke doelstellingen opgesteld: (1) een evaluatie van het ZHH beleid op nationaal niveau; (2) het beoordelen van de kwaliteit van het programma ter preventie en controle van zorginfecties op ziekenhuisniveau en (3) het verbeteren van de kwaliteit van het programma ter preventie en controle van zorginfecties op ziekenhuisniveau.
Om te voldoen aan de drie bovengenoemde specifieke doelstellingen worden de ZHH kwaliteitsindicator-gegevens als volgt gebruikt: (1) een publicatie van geaggregeerde kwaliteitsscores op nationaal en regionaal niveau; (2) een publicatie van kwaliteitsscores per ziekenhuis en (3) een geïndividualiseerd ZHH kwaliteitsrapport per ziekenhuis. Dit rapport omvat de resultaten van de vierde verzameling van gegevens (gegevens in 2018 verzameld met betrekking op het jaar 2017).
2. Methodologie
De set ZHH kwaliteitsindicatoren werd voor het referentiejaar 2017 aangepast. Deze nieuwe set bevat alle indicatoren gebruikt in 2013, 2015 en 2016 (historische indicatoren) aangevuld met een nieuwe groep indicatoren en werd vastgelegd voor drie jaar.
De vernieuwde set indicatoren omvat vier indicatorgroepen, die op hun beurt verschillende individuele indicatoren omvatten; (1) organisatie-indicatoren, (2) middelen-indicatoren, (3) activiteiten-indicatoren en (4) proces-indicatoren. De meeste individuele indicatoren kregen een gewogen score tussen 1 en 4 toegekend. Aan een beperkt aantal indicatoren werd geen score toegekend. Op basis van deze scores werd een kwaliteitsscore per indicatorgroep en een totale kwaliteitsscore berekend. Voor de kwaliteitsscores werden zowel de mediaan als proporties op nationaal, regionaal niveau en per regionaal platform berekend. Op basis van de kwaliteitsscores werden voor elke indicatorgroep drie kwaliteitsklassen gedefinieerd: ‘zwak’, ‘matig’ of ‘goed’. De proportie van de kwaliteitsklassen wordt op nationaal, regionaal niveau en per regionaal platform weergeven, net als de kwaliteitsklasse voor elk ziekenhuis.
De gegevens werden van juli tot en met eind november 2018 via Healthdata.be per ziekenhuis verzameld. Een lijst met het aantal gefinancierde voltijds equivalenten (VTE) arts- en verpleegkundige-ziekenhuishygiëne en een lijst met de leden van elk regionaal platform werden verkregen via de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid.
3. Resultaten
103 ziekenhuizen (102 acute en 1 chronisch) registreerden kwaliteitsindicator-gegevens voor 2017.
Algemeen scoren de ziekenhuizen goed voor het totale indicatoren project (slechts 2% van de ziekenhuizen behaalde een zwakke score). De scores voor de organisatie-, middelen- en activiteiten-indicatorgroepen zijn zeer goed (respectievelijk hadden 10%, 5% en 2% van de ziekenhuizen een zwakke score voor deze indicatorgroepen).
Historische indicatoren die in 2016 reeds hoog scoorden, hebben nog steeds hoge scores in 2017. Voor een aantal zwakker scorende indicatoren in 2016 werd een verbetering voor 2017 waargenomen:
- Verhoging van de proportie ziekenhuizen waar het algemeen strategisch plan voor ZHH geïntegreerd is in het algemeen strategisch plan van het ziekenhuis van 79% naar 86%.
- Verhoging van het aantal ziekenhuizen dat een lokale surveillance van postoperatieve wondzorginfecties (49% in 2016, 58% in 2017) rapporteert.
Volgende indicatoren hadden in vergelijking met 2016 een lagere score:
- Daling van de proportie ziekenhuizen die voldoen aan de indicator ‘de verpleegkundige(n)-ziekenhuishygiënist is/zijn lid van het verpleegkundig middenkader’ van 95% naar 92%. Tot en met 2016 moest slechts één verpleegkundige-ziekenhuishygiënist lid zijn van het middenkader, vanaf 2017 dienen alle verpleegkundige(n)-ziekenhuishygiënist die gefinancierd worden volgens het wettelijk bepaald minimaal vereiste kader hiertoe te behoren.
- Daling van het aantal ziekenhuizen dat audits uitvoert voor de in de gegevensverzameling gevraagde audits. Voor de audit van plaatsing en zorg van centraal veneuze katheter daalde de score van 72% naar 54%, voor audit van kunstmatige ventilatie van 67% naar 47%, voor audit van plaatsing en zorg van urinewegkatheters van 66% naar 58% en voor audit van preventie van postoperatieve infecties van 44% naar 34%. Vanaf 2017 worden deze indicatoren anders bevraagd en meer gedetailleerd beschreven in het lastenboek.
De score voor de handhygiëne audit bleef stabiel.
Indicatoren over het organiseren van audits van praktijken en activiteiten gelinkt aan ZHH en indicatoren over het opvolgen van infecties op intensieve zorgen en het opvolgen van postoperatieve wondinfecties blijven minder goed scoren, ondanks de sinds 2013 reeds vastgestelde verbeteringen.
4. Conclusie en aanbevelingen
De resultaten van het ZHH kwaliteitsindicatoren project tonen een goede kwaliteitsscore voor ziekenhuishygiëne in België. Het project gebruikt vooral structuur- en procesindicatoren om de ZHH kwaliteit te meten en te evalueren. Deze set indicatoren beantwoordt de doelstelling van het project door een overzicht te geven van het aanwezig zijn of niet van voorwaarden die nodig zijn om zorginfecties tot een minimum te herleiden.
4.1. AANBEVELINGEN VOOR DE ZIEKENHUIZEN
- Verder blijven hun activiteiten en resultaten registreren zodat ze de kwaliteit van het programma ter preventie en controle van zorginfecties binnen hun ziekenhuis kunnen blijven opvolgen en verbeteren.
4.2. AANBEVELINGEN VOOR DE BAPCOC-WERKGROEP ‘KWALITEITSINDICATOREN VOOR ZIEKENHUISHYGIËNE’ EN VOOR DE ONDERZOEKERS VERANTWOORDELIJK VOOR HET UITVOEREN VAN DE GEGEVENSVERZAMELING, ANALYSE EN RAPPORTAGE VAN HET KWALITEITSINDICATOREN PROJECT (SCIENSANO)
- Blijven verfijnen van een beperkte set indicatoren die een zo goed mogelijke evaluatie geven van de voornaamste en belangrijkste aspecten van infectiecontrole en de kwaliteit van infectiepreventie in het ziekenhuis. Belangrijk in de keuze van deze indicatoren is dat ze sensitief genoeg zijn om verbetering en verschillen in infectiecontrole kwaliteit te detecteren en zwakkere prestaties te identificeren. Aanvullend onderzoek is hiervoor nodig.
- Nagaan in welke mate de set indicatoren stabiel gehouden kan worden over de jaren heen en/of de set indicatoren niet voor een langere periode dan 3 jaar vastgelegd kan worden. Op deze manier krijgen de ziekenhuizen tijd om aan deze indicatoren te werken.
- Nagaan in welke mate gegevens verzameld in andere kwaliteitsprojecten afgestemd en geïntegreerd kunnen worden binnen dit kwaliteitsindicatoren project, dit om de werklast van het personeel in verband met gegevensverzameling te verlagen en efficiëntie van de zorgkwaliteitsmeting te bevorderen.
- Nagaan waarom er minder wordt deelgenomen aan een surveillance (lokaal en/of nationaal) van infecties op de intensieve zorgen afdeling en van postoperatieve wondinfecties en deelname aan deze surveillances aanmoedigen. Aanvullend onderzoek is hiervoor nodig.
- Nagaan waarom er minder wordt deelgenomen aan de verschillende audits en deelname aan deze audits aanmoedigen. Aanvullend onderzoek is hiervoor nodig.
- Verder de gegevensverzamelingstool (Healthdata) en het online rapportageplatform met individuele feedbackrapporten op ziekenhuisniveau (Healthstat) blijven verbeteren en optimaliseren.
4.3. AANBEVELINGEN VOOR BELEIDSMAKERS
- Nagaan of de huidige wetgeving in verband met het aantal VTE artsen en verpleegkundigen bestemd voor ziekenhuishygiëne herzien en aangepast dient te worden aan de huidige infectiepreventienoden in België.
- Integratie van het ZHH kwaliteitsindicatoren project in één algemeen project rond het meten en verbeteren van de zorgkwaliteit in het ziekenhuis dit om de werklast van het personeel in verband met gegevensverzameling te verlagen en efficiëntie van de zorgkwaliteitsmeting te bevorderen. Het verbeteren van de samenwerking op alle (beleid)niveaus kan bijdragen tot een geïntegreerde aanpak en visie.
- Het opzetten en uitvoeren van een externe kwaliteitscontrole (validatie) van de gegevens verzameld voor het ZHH kwaliteitsindicatoren project initiëren en ondersteunen. Deze externe kwaliteitscontrole zou door Sciensano uitgevoerd kunnen worden in samenwerking met de BAPCOC-werkgroep ‘Kwaliteitsindicatoren voor ziekenhuishygiëne’.
- Doorgaan met de ondersteuning van dit ZHH kwaliteitsindicatoren project zodat de kwaliteit van het programma ter preventie en controle van zorginfecties binnen de ziekenhuizen verder opgevolgd en verbeterd kan worden.