BELANGRIJKSTE RESULTATEN
Volgens geslacht
Gemiddelde consumptie van zoute en hartige snacks (g/dag) in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens geslacht, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- De totale gemiddelde consumptie van hartige snacks is 9 g/dag.
- De gemiddelde consumptie van hartige snacks is vergelijkbaar voor mannen (9 g/dag) en vrouwen (9 g/dag).
- Vrouwen consumeren 5 g/dag aan chips, zoute koekjes en snacks en 4 g/dag hartige snacks. Mannen daarentegen consumeren 6 g/dag chips, zoute koekjes en snacks en 3 g/dag hartige snacks.
Frequentie van de consumptie van chips, zoute koekjes en snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens geslacht, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- 3% van de bevolking eet dagelijks chips, zoute koekjes en snacks, terwijl 42% dit minder dan één keer per week doet.
- Er zijn geen verschillen in de frequentie van de consumptie van chips, zoute koekjes en snacks tussen mannen en vrouwen.
Frequentie van de consumptie van hartige snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens geslacht, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- 70% van de mensen eet minder dan één keer per week hartige snacks, terwijl 23% dit nooit doet. Zeer weinig mensen eten één keer per week of meer hartige snacks.
- Er zijn geen verschillen in de frequentie van de consumptie van hartige snacks tussen mannen en vrouwen.
Volgens leeftijd
Gemiddelde consumptie van zoute en hartige snacks (g/dag) in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens leeftijd, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- Oudere volwassenen (65 jaar en ouder) omvatten geen personen die in zorginstellingen verblijven, personen die in het ziekenhuis liggen of personen die aanzienlijke hulp nodig zouden hebben gehad tijdens de interviews (bv. mensen met cognitieve beperkingen).
-
De totale consumptie van zoute en hartige snacks is vergelijkbaar onder kinderen (8 g/dag), adolescenten (10-17 jaar: 10 g/dag) en volwassenen van middelbare leeftijd (40-64 jaar: 7 g/dag).
-
Jong volwassenen (18-39 jaar) anderzijds hebben een aanzienlijk hogere consumptie (15 g/dag) van zoute en hartige snacks, terwijl oudere volwassenen (65 jaar en ouder) minder zoute en hartige snacks consumeren (4 g/dag).
-
De verhouding van de consumptie van hartige snacks enerzijds en chips, zoute koekjes en snacks anderzijds verschilt enigszins per leeftijdsgroep. De consumptie van chips, zoute koekjes en snacks bij kinderen (3-9 jaar), adolescenten (10-17 jaar) en oudere volwassenen (65 jaar en ouder) is hoger dan de consumptie van hartige snacks. Terwijl de verdeling gelijkmatiger is onder jongere volwassenen (18-39 jaar) en volwassenen van middelbare leeftijd (40-64 jaar).
Frequentie van de consumptie van chips, zoute koekjes en snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens leeftijd, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- Oudere volwassenen (65 jaar en ouder) omvatten geen personen die in zorginstellingen verblijven, personen die in het ziekenhuis liggen of personen die aanzienlijke hulp nodig zouden hebben gehad tijdens de interviews (bv. mensen met cognitieve beperkingen).
- 54% van de oudere volwassenen (65 jaar en ouder), 43% van de volwassenen van middelbare leeftijd (40-64 jaar) en 40% van de kinderen geeft aan minder dan één keer per week chips, zoute koekjes en snacks te eten. Deze frequentie is vooral hoog voor oudere volwassenen van 65 jaar en ouder in vergelijking met de andere leeftijdsgroepen.
- Een groter percentage volwassenen van middelbare leeftijd (40-64 jaar: 10%) en oudere volwassenen (65 jaar en ouder: 18%) geeft aan nooit hartige snacks te eten, vergeleken met de drie andere leeftijdsgroepen (3-9 jaar: 1%; 10-17 jaar: 2%, en 18-39 jaar: 3%).
Frequentie van de consumptie van hartige snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens leeftijd, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- Oudere volwassenen (65 jaar en ouder) omvatten geen personen die in zorginstellingen verblijven, personen die in het ziekenhuis liggen of personen die aanzienlijke hulp nodig zouden hebben gehad tijdens de interviews (bv. mensen met cognitieve beperkingen).
- 61% van de kinderen (3-9 jaar), 64% van de adolescenten (10-17 jaar), 77% van de jongvolwassenen (18-39 jaar), 74% van de volwassenen van middelbare leeftijd (40-64 jaar) en 63% van de oudere volwassenen (65 jaar en ouder) geeft aan minder dan één keer per week hartige snacks te eten.
- 33% van de kinderen en oudere volwassenen eet nooit hartige snacks.
Volgens opleidingsniveau
Gemiddelde consumptie van zoute en hartige snacks (g/dag) in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens opleidingsniveau, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- Het opleidingsniveau wordt berekend op het niveau van het huishouden door te kijken naar het hoogste diploma behaald door: (i) de respondenten of hun partner voor volwassenen (van 18 jaar en ouder), of ii) de vader en moeder (of verzorger, indien van toepassing) voor kinderen en adolescenten (van 3 tot 17 jaar). Gemakshalve verwijzen we echter naar het opleidingsniveau van individuen in plaats van naar het opleidingsniveau van hun huishoudens.
- De gemiddelde consumptie van hartige snacks is iets lager voor personen met een hoog opleidingsniveau (8 g/dag) in vergelijking met personen met een laag en gemiddeld opleidingsniveau (beide 9 g/dag).
- De gemiddelde consumptie van chips, zoute koekjes en snacks is vergelijkbaar met die van hartige snacks voor personen met een gemiddeld en hoog opleidingsniveau. Personen met een laag opleidingsniveau hebben een iets hogere consumptie van chips, zoute koekjes en snacks (6 g/dag) dan hartige snacks (3 g/dag).
Frequentie van de consumptie van chips, zoute koekjes en snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens opleidingsniveau, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- Het opleidingsniveau wordt berekend op het niveau van het huishouden door te kijken naar het hoogste diploma behaald door: (i) de respondenten of hun partner voor volwassenen (van 18 jaar en ouder), of ii) de vader en moeder (of verzorger, indien van toepassing) voor kinderen en adolescenten (van 3 tot 17 jaar). Gemakshalve verwijzen we echter naar het opleidingsniveau van individuen in plaats van naar het opleidingsniveau van hun huishoudens.
- 46% van de populatie met een hoog opleidingsniveau consumeert minder dan één keer per week chips, zoute koekjes en snacks (46%) en 20% consumeert dit twee tot vier keer per week (20%), vergeleken met respectievelijk 40% en 16% onder personen met een laag opleidingsniveau.
- Bovendien consumeert een groter percentage personen met een laag opleidingsniveau nooit chips, zoute koekjes en snacks (11%), vergeleken met personen met een gemiddeld (6%) of hoog (4%) opleidingsniveau.
- 4% van de bevolking met een laag opleidingsniveau (4%) consumeert minstens één keer per dag hartige snacks, vergeleken met 1% van de personen met een hoog opleidingsniveau.
Frequentie van de consumptie van hartige snacks in de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens opleidingsniveau, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- Het opleidingsniveau wordt berekend op het niveau van het huishouden door te kijken naar het hoogste diploma behaald door: (i) de respondenten of hun partner voor volwassenen (van 18 jaar en ouder), of ii) de vader en moeder (of verzorger, indien van toepassing) voor kinderen en adolescenten (van 3 tot 17 jaar). Gemakshalve verwijzen we echter naar het opleidingsniveau van individuen in plaats van naar het opleidingsniveau van hun huishoudens.
- 74% van de mensen met een gemiddeld en hoog opleidingsniveau consumeert minder dan één keer per week hartige snacks, vergeleken met 66% van de mensen met een laag opleidingsniveau.
- 25% van de mensen met een laag opleidingsniveau consumeert nooit hartige snacks, vergeleken met 21% van de mensen met een gemiddeld en hoog opleidingsniveau.
Volgens regio
Gemiddelde consumptie van zoute en hartige snacks (g/dag) bij de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens regio, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- Brussel is uitgesloten van de regionale vergelijking vanwege een onvoldoende aantal deelnemers, maar is wel opgenomen in de nationale gegevens van België.
- De gemiddelde consumptie van zoute en hartige snacks is vergelijkbaar in Wallonië (8 g/dag) en Vlaanderen (10 g/dag).
Frequentie van de consumptie van chips, zoute koekjes en snacks bij de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens regio, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- Brussel is uitgesloten van de regionale vergelijking vanwege een onvoldoende aantal deelnemers, maar is wel opgenomen in de nationale gegevens van België.
- In Vlaanderen consumeren de meeste mensen (43%) minder dan één keer per week chips, zoute koekjes en snacks, tegenover 37% in Wallonië.
- Ongeveer 26% van de bevolking in Vlaanderen eet één keer per week chips, zoute koekjes en snacks, tegenover 32% in Wallonië.
- Bovendien consumeert 19% van de mensen in Vlaanderen twee tot vier keer per week chips, zoute koekjes en snacks, terwijl dit in Wallonië 16% is.
Frequentie van de consumptie van hartige snacks bij de bevolking van 3 jaar en ouder, volgens regio, België: 2022-2023
- Ruw = resultaten gewogen voor seizoen, leeftijd, geslacht en sociaaleconomische status.
- De gemiddelde consumptie verwijst naar de gemiddelde consumptie van de populatie, berekend op basis van de individuele gemiddelde consumptie van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen.
- Brussels is uitgesloten van de regionale vergelijking vanwege een onvoldoende aantal deelnemers, maar is wel opgenomen in de nationale gegevens van België.
- In Vlaanderen consumeert 75% van de mensen minder dan één keer per week hartige snacks, tegenover 67% in Wallonië.
- Daarnaast consumeert 28% van de inwoners van Wallonië en 17% van de inwoners van Vlaanderen nooit hartige snacks.
Gelieve naar deze pagina te verwijzen als: Sciensano. Voedselconsumptie: Zoute en hartige snacks, Voedselconsumptiepeiling 2022-2023, Juni 2025, Brussel, België. https://www.sciensano.be/nl/resultaten-van-de-nationale-voedselconsumptiepeiling-2022-2023/voedselconsumptie/zoute-en-hartige-snacks
