Groenten

Last updated on 8-8-2025 by Laïla Boulbayem

Waarom bestuderen we het voedingspatroon van de bevolking?

Onze voeding heeft een directe invloed op onze gezondheid en ons welzijn. Door de voedingspatronen van de bevolking te bestuderen (Welke voedingsmiddelen worden gegeten? Hoe vaak? En door wie?) kunnen we verbeterpunten identificeren en weloverwogen beslissingen nemen om gezondere eetgewoonten te bevorderen. Deze kennis helpt bij het verminderen van het risico op voedingsgerelateerde ziekten en draagt bij aan de ontwikkeling van gezonde, duurzame voedselsystemen.
Deze pagina beschrijft de algemene consumptie van groenten, ongeacht hun conservering en bereidingswijze. Meer informatie over de vergelijking van de gebruikelijke inname van ‘groenten’ met de voedingsaanbevelingen vindt u hier.

Hoe hebben we de consumptie van groenten in het voedingspatroon bestudeerd?

De consumptie van groenten werd berekend op basis van gegevens van twee niet-opeenvolgende 24-uursvoedingsnavragen en dit zowel voor de gehele populatie als per bevolkingsgroep. Getrainde interviewers registreerden, op twee niet-opeenvolgende dagen, alle voedingsmiddelen en dranken die de deelnemers de dag voordien hadden geconsumeerd met behulp van een gespecialiseerd computerprogramma (GloboDiet®).
De gemiddelde consumptie van groenten (in gram per dag) werd berekend op basis van de gemiddelde consumptie over de twee 24-uursvoedingsnavragen van elke deelnemer en afzonderlijk bepaald voor het totaal en per subcategorie. De top-10 van de meest geconsumeerde soorten groenten werd ook afgeleid uit de 24-uursvoedingsnavraag. Aangezien de gemiddelde verdelingen scheef zijn, moeten vergelijkingen tussen subgroepen van de populatie met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.
Naast de 24-uursvoedingsnavragen vulden de deelnemers (of de ouders in het geval van kinderen) ook een voedselfrequentievragenlijst in: ze gaven aan hoe vaak ze in de afgelopen 12 maanden een bepaald voedingsmiddel of een bepaalde voedingsgroep hadden geconsumeerd. Op deze pagina presenteren we de frequentie van de consumptie van groenten op basis van de volgende categorieën: ‘nooit’, ‘minder dan eenmaal per week’, ‘eenmaal per week’, ‘2-4 maal per week’, ‘5-6 maal per week’ en ‘eenmaal per dag of meer’.
De gedetailleerde methodologie is hier te vinden.

Wat omvat de groep ‘groenten’?

Deze groep omvat de volgende subcategorieën:
- Bladgroenten zoals spinazie, sla, andijvie;
- Vruchtgroenten zoals tomaat, paprika, aubergine;
- Knol- en wortelgroenten zoals wortel, raap, pastinaak;
- Kolen zoals broccoli, bloemkool, witte kool;
- Paddenstoelen zoals champignons, cantharellen, truffels;
- Granen en peulgroenten zoals tuinbonen, erwten, maïs;
- Look, ui, sjalot en prei;
- Stengel- en spruitgroenten zoals selderij, asperges, venkel, spruiten.
- Salades en groentemengelingen zoals voorverpakte gesneden groenten, voorverpakte gemengde salades.
Merk op dat deze groep ook groenten omvat die worden gegeten in soepen of in bereide gerechten zoals spaghetti, waterzooi, enz.
De groep groenten omvat geen groentesappen.

BELANGRIJKSTE RESULTATEN

De gemiddelde consumptie van groenten is 160 g per dag

63% van de bevolking van 3 jaar en ouder consumeert minstens één keer per dag groenten

Het aandeel van de bevolking dat minstens één keer per dag groenten eet, is hoger bij kinderen van 3 tot 9 jaar (65%), volwassenen van 40 tot 64 jaar (68%) en volwassenen van 65 jaar en ouder (66%) dan bij adolescenten van 10 tot 17 jaar (59%) en volwassenen van 18 tot 39 jaar (57%)

Het percentage van de bevolking dat minstens eenmaal per dag groenten consumeert, stijgt volgens opleidingsniveau van 55% bij mensen met een laag opleidingsniveau tot 65% bij mensen met een gemiddeld opleidingsniveau en 78% bij mensen met een hoog opleidingsniveau

Tomaten, wortels en komkommers zijn de meest geconsumeerde groenten.