Oorzaken

RSV, of ‘respiratoir syncytieel virus’, veroorzaakt een luchtweginfectie die zeer vaak voorkomt bij zuigelingen, maar die op elke leeftijd kan optreden. 

Hoe gebeurt de overdracht van RSV?

RSV wordt overgedragen via hoesten, niezen en via speeksel, dringt het lichaam binnen via de slijmvliezen van de neus, de ogen en de mond en verspreidt zich daarna in de luchtwegen. 

RSV is uiterst besmettelijk en wordt gemakkelijk en snel overgedragen:

  • via de lucht als iemand hoest, niest of zijn neus snuit
  • via rechtstreeks contact met een geïnfecteerde persoon (handdruk, knuffel, kus, verzorging van kinderen, enz.)
  • via onrechtstreeks contact met een geïnfecteerd oppervlak of voorwerp (speelgoed, deurkruk, enz.).

De overdracht van RSV gebeurt meestal aan het begin van de infectie: het virus kan 30 minuten overleven op de huid en 6 tot 7 uren op linnen en voorwerpen (stethoscopen, speelgoed enz.).

Een infectie met RSV komt vaak voor op gesloten en overbevolkte plaatsen (crèche, rusthuis enz.).

Handhygiëne, het gebruik van papieren zakdoeken en de mond afschermen bij het hoesten zijn goede preventieve maatregelen.

Hoe lang is de patiënt besmettelijk?

Over het algemeen is de patiënt besmettelijk zolang hij symptomen heeft. Hoe lang iemand besmettelijk is, hangt echter ook af van de leeftijd: 

  • kleine kinderen jonger dan 6 jaar kunnen 3 weken besmettelijk zijn
  • volwassenen zijn normaal gezien 2 tot 8 dagen besmettelijk
  • immuungedeprimeerde personen kunnen verschillende maanden besmettelijk zijn.

Geen beschermende weerstand

Aanwezige antilichamen beschermen de zuigeling niet en terugkerende infecties komen vaak voor, vooral in de eerste drie levensjaren.

Een herinfectie met RSV is echter meestal minder hevig.


 

Sciensano centraliseert en analyseert de gegevens afkomstig van verschillende partners (peillaboratoria en Nationaal Referentiecentrum) en volgt zo de evolutie van de RSV-infecties op. 

QR code

QR code for this page URL